Klimaatvriendelijk het landschap verpesten

Een ingezonden stuk van een bezorgde bewoner van Stiphout, gemeente Helmond:

Ook nu het water ons meer en meer aan de lippen staat, dringt het bij mensen gekozen om ons via de politiek te vertegenwoordigen nog te beperkt door hoe essentieel oude natuur in onze leefomgeving voor ons voortbestaan op aarde is en dat het daarom zaak is zorgvuldig om te gaan met ecologisch erfgoed in natuur en landschap. Ja, natuurlijk ook om onze eerder gemaakte rotzooi op te ruimen en niet nog meer te vernielen. Moet je biologie en milieukunde gestudeerd hebben om dit te weten?

Wat men wel doet is allerlei technische maatregelen nemen, die helaas weer niet altijd positief voor de natuur zijn…. Zoals bijvoorbeeld een groot oppervlak in Stiphouts buitengebied vol leggen met zonnepanelen, wat het bedrijf SWECO van plan is. Om te vertellen hoe geweldig dit volgens SWECO zal zijn, hebben enkele nog niet zo heel lang afgestudeerde planologes een 34 pagina’s tellende tekst geproduceerd, die ik vanuit mijn jarenlange ervaring als biologe zorgvuldig heb bekeken. Ik wil iedereen in Stiphout graag vertellen wat mij bij het lezen van de tekst opgevallen is.

Maar eerst nog even terug naar dat eenzijdig zoeken van technische oplossingen. De jonge historicus Rutger Bregman, die graag verkondigt dat de meeste mensen deugen, schreef een brief getiteld HET WATER KOMT. Hij onderzoekt daarin hoe we het dreigende onheil dat de mensheid de afgelopen tweehonderd jaar over zichzelf afgeroepen heeft, de milieu- en klimaatproblematiek, nu met techniek kunnen bestrijden. Van biologie heeft Bregman duidelijk geen kaas gegeten, want anders zou hij allereerst aanraden om na te denken over hoe wij mensen beter kunnen samenleven met de natuur, waar wij mensen immers uit voortkomen en in feite onderdeel van zijn!

Met de denkwijze dat er met techniek gestreden moet worden, is Bregman een schoolvoorbeeld van hoe er tegenwoordig door veel jonge mensen, werkzaam in organisaties en bedrijven en vaak ook in de politiek, gedacht wordt. Zo zitten we nu opgescheept met mensen die zich lieten kiezen als volksvertegenwoordigers en zich wel groen noemen, maar onvoldoende inhoudelijke kennis daarvan hebben en onvoldoende ervaring. Daarom menen zij goed te doen door klimaatvriendelijk natuur en landschap te verpesten. (Wie had ooit kunnen vermoeden dat ik als biologe zo kritisch op onder meer bewindspersonen van Groen Links moet zijn.) Ja, dit slaat helaas ook op delen van het plan voor zonnepanelen die een waardevol groen deel van het Stiphoutse landschap dreigen te vernielen.

Het bedrijf SWECO hamert er vooral op dat ‘Het gaat om een gebied van 24 hectare, dat vanwege haar vroegere functie als vuilstortplaats een lage natuurlijke en landschappelijke waarde heeft…’ Dat ze dat zo noteren, is te begrijpen, want dat maakt het voor hen makkelijker om zonder veel tegenspraak oud landschap te vernielen. Niet gehinderd door enige werkelijk inhoudelijke kennis daarover, zeggen er nog net bij dat er ook wel wat – hoeveel?! – natuur en landschappelijke waarde door hen gebruikt gaat worden, maar daar willen ze iets moois van maken…. Zo, zo, denk ik dan en ik krijg wantrouwen. Want van echte natuur en oud landschap hoeft men niet ‘iets moois te maken’, dat is het al op een of andere manier van zichzelf!

Afgelopen zomer las ik over klimaatvriendelijk het landschap verpesten in een artikel  van Michiel Bussink op internetpagina Down to earth, platform voor groene journalistiek. (Zie ook: Michiel Bussink.nl) Zoals hij signaleert, worden er met hulp van milieuorganisaties en zich groen noemende partijen in het Nederlandse landschap in rap tempo overal zonneparken gepland en de zonnepanelenbranche wordt daarna vaak aan het werk gezet. “Dat gebeurt in het hele land door zonneparkcowboys onder aanvoering van oud-staatssecretaris, good old Henk Bleker met zijn omstreden bedrijf Powerfield.” Zoals Bussink het stelt: “natuurhater Bleker en de milieuorganisaties: bien étonnés de se trouver ensemble.” 

Dat men nu in Stiphout te maken heeft met zonneparkcowboys, dat wil ik niet beweren. Maar om nou te zeggen dat ze wisten waarover ze het hadden toen zij wat opschreven over natuur en landschappelijk waarde…. Neen! Meisjes die vrij recent nog aan de Utrechtse universiteit planologie studeerden en een jongen die rechten deed, verdienen nu de kost met het opstellen van rapporten bij SWECO/ Solarcentury. Niemand die aan dat rapport werkte heeft werkelijk ook maar enig benul van de ecologie en de waarde van het historische landschap ter plaatse in Stiphout. Maar wat maakt het uit want: hoera, hoera, daar kan binnenkort duurzame energie worden opgewekt.

Wat vertelt Solarcentury over zichzelf? Leest u even mee:

‘Solarcentury is één van de ’s werelds meest vertrouwde en gerespecteerde zonne-energiebedrijven. Opgericht in 1998 hebben wij deel uitgemaakt van de evolutie die zonne-energie tot de aantrekkelijke energiebron van vandaag heeft gemaakt. Solarcentury staat voor een duurzame, natuurvriendelijke en landschappelijk goede vormgeving van zonneparken, met netto-winst voor de natuur. We staan voor een proces waarbij burger en andere belanghebbenden meedenken, gehoord worden en uiteindelijk meeprofiteren…’  Enz. Wanneer ik nu alle vragen ging opsommen die ik bij de volledige Solarcentury tekst heb, dan zou ik wel vijf uitgaven van de Lindenberg kunnen vullen en dat lijkt me niet zo ontspannend. Daarom beperk ik mij. 

Ik zou allereerst willen weten wat die z.g. netto-winst voor de natuur dan wel is! Als ik bijvoorbeeld lees: Slechts enkele opstanden hebben uit natuurperspectief weinig waarde. Het gaat hier om opstanden die voornamelijk uit verwilderd onkruid bestaan. Deze opstanden zullen worden verwijderd, zodat hier schapen kunnen grazen en zonnepanelen opgesteld kunnen worden. Wat precies heeft vanuit natuurperspectief dan weinig waarde? En dan: verwilderd onkruid. Zo, zo. Zeker er niet van op de hoogte dat deze kruid-achtigen behoren tot de plantenreeks die voor de zo gewenste biodiversiteit enorm belangrijk zijn.

En verder wil ik ook weten óf in dat proces waarbij de burgerij en andere belanghebbenden mogen meedenken/gehoord worden, deze mensen ook mee kunnen beslissen? Dus kunnen zij bepalen wat er wel en niet gebeurt?

Het is te begrijpen dat de locatie van de voormalige vuilstortplaats een verhaal apart is. Vele jaren was er vanuit de gemeente Helmond geen geld beschikbaar om die locatie aan te pakken. Nu wordt alle heil van Solarcentury verwacht. Misschien is dat een mogelijkheid? Als men daar dan eerst eens echt met de mensen in Stiphout over ging praten en dan ook de landschappelijke geschiedenis daar eens wat beter ging waarderen.

Vanuit landschap en cultuurhistorie verbaas ik mij er trouwens al heel wat jaren over hoe weinig waarde er in de gemeente Helmond kennelijk gehecht wordt aan wat in Stiphout cultuurhistorisch en landschappelijk met de geschiedenis van Vincent van Gogh verbonden is! Overal in Brabant en ook elders maakt men er veel werk van, wanneer er maar het minste spoor is dat Vincent van Gogh een locatie bezocht heeft. Maar dat Van Gogh Stiphout in 1884 en 1885 regelmatig bezocht, lijkt bij de gemeente Helmond niemand interessant te vinden.

Sinds 2012 ben ik via een onderzoek naar Van Gogh en de landschappen die hij gedurende zijn tijd in Nuenen afbeeldde, veel interessants over zijn bezoeken aan Stiphout te weten gekomen. Op schilderijen herkennen we onder meer de Venstraat en het Molenven. Ook Stiphoutse mensen die Van Gogh afbeeldde kregen een naam via ‘oral history ’.

Misschien kan Solarcentury er nu samen met de Groen Links bewindsvrouw in Helmond toe gebracht worden om het optimale voor wat betreft het behouden van historisch landschap en de geschiedenis over Van Gogh in Stiphout, te bewerken in samenspraak met de mensen in Stiphout. Vanuit mijn expertise zou ik dat willen aanbevelen.

O ja, wat die zonnepanelen betreft heb ik trouwens nog een goed idee! Leg zonnepanelen in alle middenbermen van de autowegen in Nederland. En ook langs de spoorlijnen. Dat levert een enorme oppervlakte op. En dan al die opgewekte zonne-energie natuurlijk niet verkwanselen aan grote buitenlandse bedrijven!

[Voor wie eens iets meer wil lezen over oude natuur en landschap die raad ik: Inheemse bomen en struiken in Nederland en Vlaanderen; herkenning, verspreiding, geschiedenis en gebruik van Bert Maes aan (eerste druk 2006, herdruk 2013) en daarnaast die het rapport van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed uit oktober 2019, getiteld: Behoud ecologisch erfgoed.]